Welbekende en geliefde middelhoge vaste plant met kruipende wortelstokken; de samengestelde bladeren bevinden zich aan stengels die veel vocht bevatten en daardoor helaas ook zeer breekbaar zijn. In april en mei verschijnen de witte hangende bloemen, ze staan in naar één zijde gerichte trossen, en hebben de vorm van een (gebroken) hartje. Na de bloei sterven de bovengrondse plantendelen langzaam af, om pas volgende lente terug uit te lopen. Verkiest een normale, maar voldoende vochthoudende bodem, in volle zon of halfschaduw, maar wegens de breekbaarheid best op een goed windbeschutte plaats aanplanten.
Plantafstand: indien meerdere planten van deze soort in een groep geplant worden, plant men deze best 40 cm tot 50 cm van elkaar.